EU kondigt importheffing af op Chinese staalproducten

De EU heeft vandaag importheffing op naadloze stalen buizen uit China afgekondigd. Het besluit van de EU komt na lobbyactiviteiten van Eurofer, de belangengroep van Europese staalproducenten. Dat schrijft de Wall Street Journal vandaag. Volgens de Europese staalproducenten, waaronder ArcelorMittal, zijn de heffingen nodig vanwege dumping van naadloze stalen buizen door Chinese producenten. Naadloze stalen buizen zijn een belangrijk eindproduct van staalproducenten. De buizen worden onder andere gebruikt in de auto-industrie, in huizenbouw en voor pijpleidingen. De importheffing, die varieert tussen de 17,7 en  39,2 procent, treedt in oktober dit jaar in werking voor een periode van 5 jaar.  Sinds april geldt er al een tijdelijke importheffing van 24,2 procent op Chinese naadloze stalen buizen.

Importheffingen zijn volgens de Wereldhandelsorganisatie (WHO) een legaal antwoord als er daadwerkelijk sprake is van dumpingpraktijken. Chinese autoriteiten hebben al laten weten bezwaar te maken bij de WHO tegen de Europese importheffingen. Vorgie maand hebben de EU en de VS gezamenlijk een klacht ingediend bij de WHO over vermeende contingentering van grondstoffen door China.

Oneerlijke concurrentie

Volgens de Europese staalproducenten zijn de Chinese naadloze stalen buizen beneden de kostprijs gedumpt op Europese markt om marktaandeel te veroveren. Zo werd er in 2005 voor 35.000 ton aan naadloze buizen vanuit China naar de EU geëxporteerd. De uitvoer van de buizen naar de EU was in 2008 gegroeid naar 552.000 ton. In mei 2008 dienden de Europese producenten de klacht in over de vermeende dumpingpraktijken van de Chinezen. Het bleek destijds echter moeilijk te bewijzen dat de afzet van Chinese buizen had geleid tot omzetderving bij de Europese producenten. Tijdens deze jaren was er sprake van hoogconjunctuur, en was de markt voor de buizen verre van verzadigd. Nadat de Westerse economieën wegzonken in de recessie, bleek de EU meer bereid te luisteren naar de klachten van de Europese staalproducenten. De Europese producenten, die samen een omzet realiseren van jaarlijks 175 miljard euro en 420.000 mensen in dienst hebben, veranderden van tactiek en voerden het argument van toekomstige omzetderving aan. Dankzij de recessie was de bewijslast van het argument zelf-evident.

“Mogelijk precedent”

Volgens Nikolay Mizulin, een door de Wall Street Journal geraadpleegde advocaat gespecialiseerd in internationale handel, is het argument van toekomstige derving een normale, maar relatief weinig gebruikte juridische strategie. De heffingen op de stalen buizen “zijn een teken van toenemend protectionisme, en kunnen er toe leiden dat meer sectoren van mening zijn dat ze bescherming nodig hebben,” aldus de advocaat.

Afnemer betaalt de prijs

Europese afnemers van de Chinese staalproducten hebben laten weten ontevreden te zijn over de importheffing. Volgens Jan van Meever, CEO en eigenaar van de gelijknamige BV die handelt in Chinese staalproducten, zijn het “de afnemers die de prijs van het protectionisme betalen.” Van Meever voegt er nog aan toe dat dit “tegenwoordig de gang van zaken is.” Chinese staalproducenten hebben vanzelfsprekend ook bezwaar tegen de importheffingen van de EU. Volgens Tan Ling, manager bij Hengyang Valin Steel Tube, betekenen de heffingen het verlies van de Europese markt. Het Chinese bedrijf haalt tussen de 5 en 10 procent van de omzet uit Europa. Het bedrijf zal daarom proberen de afzet in Afrika en het Midden-Oosten te verhogen om het omzetverlies te compenseren.

Tegelijkertijd heeft ArcelorMittal vandaag laten weten dat het in het derde kwartaal de productie in Europa en de VS zal oprschroeven naar tussen de 47 en 65 procent. De bezettingsgraad in de Westerse landen zal echter sterk achterblijven op de bezettingsgraad in China en de andere emerging markets. Daar zal de bezettingsgraad binnenkort volledig worden benut.