Toegang tot al onze analyses en koopstips? Word abonnee
AEX
AMX
BEL20
NAS100
US30
Bekijk realtime koersen

Economische visie: Koopkracht

Economische visie: Koopkracht
30 nov 2018 om 12:06

Het sentiment op de financiële markten is de afgelopen 2 maanden in rap tempo aan het verslechteren. Waar 3 maanden geleden de geluiden voornamelijk positief waren, zijn deze nu als een blad aan een boom aan het omslaan. Dit terwijl de thema’s Brexit, handelsoorlog VS vs China en Italiaanse begrotingsperikelen toen ook al speelden. Ook de terugtrekkende rol van centrale banken mag geen verrassing zijn. Via zogenaamde “forward guidance” worden alle voorgenomen veranderingen vroegtijdig de markt in gemasseerd. Dit om schrikreacties op de financiële markten te voorkomen.

 

Afgelopen donderdag was ik te gast bij een bijeenkomst georganiseerd door Alpha Research. Een onderneming die o.a. data verzameld van allerlei financiële huizen met betrekking tot hun asset allocatie en onderliggende selectieproces. Sprekers van verschillende fondsenhuizen zoals Nordea Asset Management, T. Rowe Price, Natixis Investment Management en BNY Mellon hielden hun presentaties rond het centrale thema “Central Banks: New players, New regimes”. De eerste vraag aan de aanwezigen was bovenstaande poll. Met grote afstand kozen de professionals voor inflatie. Maar de groene kleur verklapt mijn keuze. Het enige wat ontbreekt is het woordje “real” voor GDP growth. De overgrote meerderheid vond dat de focus moet liggen op inflatie beteugeling. Al jaren hebben centrale bankiers zich ten doel gesteld om de inflatie in eigen land te sturen naar 2%. Een percentage waar de ECB momenteel aardig in slaagt. Het ruwe inflatiecijfer kwam in oktober uit op 2,2%, het hoogste niveau sinds december 2012.

Missie geslaagd zou men op het eerste gezicht kunnen concluderen. Nu is het slechts een kwestie van consolideren rond dit niveau. De ECB tevreden en de meeste collega professionals ook, gezien bovenstaande antwoorden op de poll. Een inflatie van 2% is ontzettend mooi, zeker wanneer dit percentage vrij stabiel is. Maar dan moet wel het salaris ook met gemiddeld 2% toenemen en het liefst met meer zodat de koopkracht van de burger toeneemt. 2% inflatie is zeer mooi als ook de rentevergoeding over spaartegoeden met minimaal 2% stijgt. Dan blijft het opgebouwde vermogen in koopkracht stabiel. Afgelopen week werd het Nederlandse economische nieuws gedomineerd door het mislukken van het pensioenoverleg. Het pensioen van de inmiddels inactieven wordt al jaren te weinig voor koopkracht gecorrigeerd. Er zijn inmiddels zelfs verschillende kortingen op het pensioen doorgevoerd. Leg de gepensioneerden maar eens uit dat inflatie de belangrijkste doelstelling is van een centrale bank. Er is maar één ding belangrijk en dat is “groei”. Groei in vermogen en in inkomen, gecorrigeerd voor inflatie. Oftewel, in de termen van professionals “real growth”.

Inflatie op zich kan NIET het enige doel zijn

Wat heeft u aan 0% rentevergoeding op uw spaarrekening bij een inflatie van 2,2%? Wat heeft u aan een inkomensstijging van 1,9% bij een inflatie van 2,2? Wat hebben wij aan een economische groei van 1,7% op jaarbasis bij een inflatie van 2,2%? En dan nog het allerbelangrijkste, al deze cijfers zijn economische variabelen. Het zegt alleen iets over het gemiddelde maar niets over de individuele burger. Er is maar één ding wat voor een burger belangrijk is.

Hoe staat het met mijn koopkracht?

De verschillen binnen de Europese landsgrenzen zijn groot maar ook tussen de lidstaten onderling zijn deze gigantisch. Er is één resultante die in een democratie niet liegt en dat zijn de uitslagen bij verkiezingen. De burger stemt. Hij geeft daarmee aan hoe zijn gevoel is. En dat is niet alleen over immigratie of andere (bij)zaken. Natuurlijk tellen deze wel mee. Maar het allerbelangrijkste wat hij aangeeft in het kieshokje is: “Hoe is het met mijn koopkracht gesteld?” Het populisme waait over Europa en over andere grote delen van de wereld. En eigenlijk is alles terug te voeren naar één centraal thema “koopkracht”. En bij het woord koopkracht maak ik de link naar onevenwichtigheden. De rijkdom in de wereld is zeer scheef verdeeld. Tussen landen onderling maar ook binnen landsgrenzen. En natuurlijk in het ene land meer dan in het ander. Maar dat mag geen reden zijn om je als Nederland te verschuilen achter het feit dat het bij ons relatief gezien wel meevalt. Als de politiek op deze manier blijft denken, dan zal de kiezer ook tijdens de volgende verkiezingen weer laten zien dat het niet goed gaat met Nederland.

Het enige juiste antwoord van de zittende macht op de zogenaamde populisten is om te zorgen voor een meer evenwichtige verdeling van rijkdom en inkomen. Dit betekent uiteraard geen oproep tot een socialistische staat. Golden Crosses is voor een kapitalistisch model, maar wel een warmer kapitalistisch model. Het model van de afgelopen decennia tendeert naar een kil klimaat. Steeds meer van ons GDP, bruto binnenlands product, gaat richting aandeelhouders en topbestuurders. Steeds minder gaat er richting de werkvloer. Het arbeidsinkomensquote is de afgelopen jaren in Nederland gedaald. Het cijfer over 2017 heb ik nog niet kunnen terugvinden op de website van het CBS.

De Nederlandse en Europese economieën groeien, maar de verschillen worden groter. En voor koopkracht gecorrigeerd zien grote groepen burgers geen verbetering optreden. Als deze trend zich doorzet dan zal de ontevredenheid van de burgers eerder gaan toe- dan afnemen. De oorzaken van het toenemend populisme worden aan allerlei randzaken toegeschreven, maar het belangrijkste onderwerp is het verdelingsvraagstuk. Op macroniveau streven wij naar reële economische groei. Netto groei, dus het bruto groeicijfer gecorrigeerd voor inflatie. Maar ook op microniveau, dus toegespitst op het individu, moet er hoofdzakelijk sprake zijn van reële groei. Het is zeer teleurstellend dat er geen nieuw pensioenakkoord is bereikt. Waar de ene partij moet geven en de ander per saldo neemt, ligt altijd spanning. Om diezelfde reden zal de VS ook niet met China tot een akkoord weten te komen. Het huidige kapitalistische model weet niet meer te geven maar is voornamelijk gericht op nemen. De geschiedenis leert dat REVOLUTIE dan uiteindelijk onafwendbaar is.

Inflatie is dus een nobel streven van onze centrale bankiers maar reële groei is het allerbelangrijkst. Geef mij maar 4% inflatie bij een rentevergoeding op mijn spaarrekening van 6%. Geef mij maar 6% loonsverhoging bij 4% inflatie. Laat het pensioen van Nederlanders maar harder stijgen dan de inflatie. Groei, groei, groei………….. En leer ook te geven, want enkel nemen creëert een koud kapitalistisch model. Ik blijft bij mijn antwoord “groei” is belangrijker dan “inflatie”. Bij voldoende groei is het werkloosheidsvraagstuk uit de poll ook grotendeels opgelost. En als valuta stabiliteit het belangrijkste vraagstuk is voor centrale banken, dan zouden wij allang teruggegaan zijn naar een goudstandaard waarbij alle valuta inwisselbaar zijn tegen goud.

 

Wil je direct op de hoogte zijn van het laatste beursnieuws?

Schrijf je nu in voor onze gratis nieuwsbrief en mis niks!

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.